Rapportages: samenvoegen van Filters

Bij het instellen van filters in een rapport is de filtercombinatie standaard ingesteld op "EN". Dit betekent dat filter A EN filter B waar moeten zijn om de filters te laten werken.

Voorbeeld: Filter A is ingesteld op "Definitie bevat 'applicatiefunctie'". Filter B is ingesteld op "Titel begint met" Adobe "". Het resultaat hiervan is dat alleen objecten worden geretourneerd of typ "applicatiefunctie" waarbij de titel begint met "Adobe".

Laten we zeggen dat we objecten willen krijgen die of van het typen "applicatiefunctie" zijn of waar de titel begint met "Adobe":

1. Maak filter A met een filter op Definitie(zie gif) en stel dit in op "is gelijk aan". Gebruik "applicatiefunctie" als waarde. 
2. Maak filter B met een filter op Titel en stel dit in op "begint met". Gebruik "Adobe" als waarde.
3. Pas het filter toe.
4. Hoogstwaarschijnlijk zijn er geen resultaten. Dit komt omdat de filters worden gecombineerd met behulp van EN-expressie en meestal zijn er geen toepassingsfuncties waarvan de titel begint met "Adobe".
5. Om dit te laten werken, moeten we nog een stap toevoegen:
6. Ga naar "Aangepaste filterexpressie", in de rechter benedenhoek. Klik om het uit te vouwen en voer "A or B" in het tekstvak in.
7. Pas het filter toe. Je ziet nu Applicatiefuncties, evenals alle objecten waarvan de titel begint met "Adobe" (indien aanwezig).
8. Het filter moeten er ongeveer zo uitzien:

Je kunt meerdere filters combineren en ook ontkenningen gebruiken (zoals de operator NOT) om de filtervolgorde en combinaties verder te specificeren.

Voorbeeld: Filter A is ingesteld op "Definitie bevat 'applicatiefunctie'. Filter B is ingesteld op "Titel begint met 'Adobe'". Het gevolg hiervan is dat alleen objecten worden geretourneerd van het type "applicatiefunctie" waarbij de titel begint met "Adobe". Stel de aangepaste filterexpressie in op "A and (not B)". Het resultaat is dat je alle "applicatiefunctie" -objecten krijgt, maar niet de objecten die beginnen met "Adobe":